Jacob de Riemer (1676 – 1762): Niet vergeten door één boek.
Jacob de Riemer werd in 1676 in Noordwijk geboren als zoon van een Remonstrantse predikant. Zijn vader zag hem graag in een loopbaan als geneesheer en Jacob ging in 1696 medicijnen studeren aan de universiteit van Leiden. Dat beviel hem niet echt. De geneeskunst in die tijd stelde ook niet veel voor. Piskijken was een gebruikelijke manier van diagnose stellen en wat remedies betreft vertrouwde men nog op aderlatingen en bloedzuigers.
De Riemer besloot rechten te gaan studeren en in 1700 promoveerde hij daarin. Snel na zijn afstuderen werd hij benoemd tot advocaat hij het Hof van Holland in Den Haag waar hij ook ging wonen (aan het Westeinde). Het Hof van Holland was de hoogste rechtbank van het gewest Holland.
In 1713 begon hij met het kopiëren van belangrijke stukken uit de archieven van het Hof, de Staten en van de Leen- en Registerkamer van het gewest Holland. Kopieermachines had je immers in die tijd niet. Hoewel het nooit zijn bedoeling was om de Haagse geschiedenis te beschrijven, raakte hij door alles wat hij las in de ban van de geschiedenis van de stad. Hij heeft vervolgens de geschiedenis van Den Haag uitgebreid beschreven en een studie gemaakt over de stadhouders van Holland en Zeeland, de landsadvocaten en andere belangrijke functionarissen. In 1730 werd het eerste deel van zijn ‘Beschrijving van ’s Graven-hage’ uitgegeven en in 1739 het tweede. Het was door hem opgedragen aan de magistraat van den Haag. Als dank daarvoor kreeg hij 300 gouden dukaten. De Riemer’s werk kenmerkt zich door grote nauwkeurigheid en is nog steeds een belangrijke bron voor historici.
Jacob de Riemer was getrouwd en had zeven kinderen waarvan er vijf nog tijdens zijn leven zijn gestorven.
Tegen het eind van zijn leven heeft De Riemer de talrijke kopieën die hij gemaakt had (36 delen) te koop aangeboden aan de magistraat van Den Haag. Die was echter niet geïnteresseerd.
Na zijn overlijden in 1762 heeft zijn zoon het nog eens geprobeerd maar weer zonder resultaat. Uiteindelijk is de collectie geveild en aangekocht door de Raad van Binnenlandse Zaken van de Bataafse Republiek. De hele verzameling bevindt zich in het Nationaal Archief.
Een in goede staat verkerende en complete ‘Beschrijving van ’s Graven-hage’ heeft onlangs op een veiling € 2.400,- opgebracht.
René Mors